PVDV 7 – Zuilence T.C. 1 – 5
Alles goed geregeld en zelfs ruim van tevoren, want ik was er niet. Instructies voor iedereen achtergelaten; voor alle vier de spelers en de secretaresse die de uitslagen voor haar rekening moest nemen. “Begin er vroeg mee Judith, het is niet eenvoudig, deze week ben ik nog in het land, mocht je vragen hebben…”
Het eerste wat ik verneem, situeert zich op het terras van Olympus Kebab op een van de duizend eilanden die de arme Grieken rijk zijn. Het is dag drie van mijn vakantie, en het betreft een vraag van Judith: “Hein, wie spelen er zaterdag? Cees is nog steeds geblesseerd.”
Nog steeds? Hoezo nog steeds? Ik weet van niks, behalve dat hij me toegezegd heeft de 10e mei namens Herenlaag twee partijen te spelen. Patrick laat ook nog een weekje verstek gaan, is deel twee van de tijding. Kan natuurlijk zo zijn, maar die had mij nadrukkelijk beloofd de 10e weer speelklaar te zijn.
Ik foeter via de whatsapp dat ik er niet meer over ga, dat ik alles voorbereid heb en dat ze godbetert het nu allemaal echt zelf maar even moeten uitzoeken.
Judith herstelt zich en kwijt zich nu uitstekend van haar taak. Ze probeert de wedstrijd te verzetten, wat niet lukt en regelt te elfder ure nog twee invallers. Eentje daarvan haalt zo waar zelfs nog een punt binnen. Dan heeft zij er blijkbaar ook weer tabak van, want mijn uitslagen-invoerinstructie mailt ze door aan Eelko. Hij mag het vormgeven. Achteraf heb ik Judith uitvoerig, doch ten overvloede – want ze weet het – duidelijk gemaakt dat je het uitslagenblad dan net zo goed in de prullenbak kan flikkeren, want Eelko regelt natuurlijk helemaal niks.
Drie dagen na mijn vakantie, terwijl ik hoog opgelopen achterstanden probeer weg te werken, krijg ik een pdf van het blad gemaild. Dat had ie ongetwijfeld aan zijn personal assistent opgedragen. Eelko zijn tijd is nou eenmaal belangrijker dan die van Hein. Zijn uurtjes kan hij vorksgewijs declareren bij klanten, hetgeen bij die tarieven aardig oploopt, wat ik hem in een telefoongesprek dan ook tierend inpeper.
Donderdag bij het vrij-tennissen kon iedereen er al weer hartelijk om lachen. Iedereen op eentje na.