2003 Speeldag 5 Vleuten De Meern uit 6 – 0 verloren
De vijfde speeldag
Het mooie van een goed plan is dat ze je de voorpret niet kunnen ontnemen.
Het plan was om in De Meern 1 punt te gaan scoren. Daarvoor zouden we tactiek als middel inzetten, hadden we bedacht.
Als volgt: Eelko en Dennis zouden als eerste de baan op gaan. Wim, de man in vorm als laatste en ik, nog terend op resultaten uit het verleden, als derde. Dat zou de gewenste uitkomst zelfs per ongeluk mogelijk moeten maken.
Echter,
Toen ik zaterdagmorgen mijn wekker uitzette, bleef deze doorspelen. Herhaald slaan op de sluimerknop hielp niet. Het was niet de wekker die ik hoorde. Het was de dreun in mijn kop.
Ik had de avond tevoren een gezellig samenzijn beleefd. In dat gezelschap zat iemand die een nieuw ideaal had, namelijk: het licht aan zuipen. Drinken tot het licht uit gaat, was volgens hem geen kunst. Dat kon iedereen. Nee, het licht aan zuipen, moest ook mogelijk zijn. Zoveel drinken dat je d’r ineens weer helemaal staat. Maar ja, het bleek net zo moeilijk als van errebeesjes een kameel maken. Het is hem niet gelukt en ook mijn simultaanpoging faalde.
Als ik deze zaterdagmorgen Tita tovenaar was geweest, dan had de tijd een uurtje of acht stil gestaan. Deze fractie van een eeuw had ik vervolgens benut om zittend met een natte lap op het hoofd naar mijn enkels te staren.
Twee keer douchen hielp iets. Thank God dat ik mezelf naar de laatste twee singles verplaatst had. Wellicht kwam het nog goed of zo…
Of ik bij de koffie een Bosse Bol bliefde? NEEEEHHEEE!
Waar bleef Dennis? Als hij niet snel kwam, moest ik alsnog terplekke de baan op. Bij De Meern hebben ze een bondsgedelegeerde rondlopen. Bla bla. LB, denk je dan. Maar ze meenden het en Liepen te heuen dat we beginnen moesten. Dennis kwam net op tijd. Het plan werd in werking gezet.
Eelko die al drie weken geen bal geslagen had, werd tegen hun nummer één opgeofferd en Dennis, die de laatste zeven jaar ietwat uit vorm is, zou onderuit moeten tegen hun nummer twee.
Begint het gekloot al gelijk. Geven ze een partij tegenstand! Zowel Eelko als Dennis maken het leven van die, reeds kampioen geworden zessen, zuur. De tegenstander van Eelko won wel in twee sets, maar kwam kletsnat de baan af. Die van Dennis had wereldballen om zijn oren gehad. Het tactische plan kon de prullenbak in. Het klopte nu al niet meer. In mijn berekeningen, zou dit twee keer een halve walk-over worden… Als het nog schever was gegaan, hadden we al een punt.
Vleuten De Meern zat onvrijwillig in de vierde klasse. Een gedegradeerd bejaardenteam had, op basis van passterkte, hun met gemak behaalde plaats in de derde klasse overgenomen. Dat ging al een paar jaar zo. Onze tegenstand was voor hen een welkome afwisseling op de makkies tot nu toe.
Cees vond nu al dat ik het fout had aangepakt. Toch zaten we nog op schema, immers: geen punten uit de eerste singles. Deel twee van de operatie kwam nu. Wim of ik zouden hen een punt afhandig maken.
Het liep niet lekker in mijn partij. Ik maakte veel fouten en serveerde slap. Mijn tegenstander deed het ook niet goed. Hij speelde veel te wild. Die eerste set won ik met 6 – 3. Ik was nu ineens zeer tevreden met mezelf. Mijn plannen werkten blijkbaar toch. Terwijl ik bezig was te plannen volgende week een miljoen Euro te verdienen, veranderde er iets. Een kleine inzinking mijnerzijds leidde tot twee keer 0 – 6. Ahum. Alsof ik veertien was, heb ik met mijn racket gegooid en gevoetbald. Waar kinderen bij waren heb ik hut met een k geroepen. Excuses Lotte en Agapi.
De rally’s in mijn partij duurden niet lang. Hoe kon het trouwens zo zijn dat Wim al in de tweede set als toeschouwer op het bankje zat? Het antwoord daarop luidde 6 – 0 en 6 – 3. Nooouuuu. Dat is dan, even rekenen, geen punten uit de singles. De dubbels gingen sowieso verloren. Moet ik nog wel over kwijt dat Eelko en Bart een behoorlijke partij afleverden.
Om de fijne dag compleet te maken, kwam Rombout van vorig jaar en het jaar daarvoor nog even vertellen, dat ze kampioen gingen worden. Deze fijne man, want dat is het, die bekakte bananenvouwer, want dat is ie ook, die verwekker van dat etterige pestjochie en liefhebbende echtgenoot van dat opgefohnde mokkel, die quasi onwetend, terloops even komt vragen hoe de vlag er bij ons voorhing (onderkant stok), ging kampioen worden! Wat een wereld.
Competitie Volgende dag Vorige dag